maandag 30 november 2015

Nieuwe raad van toezicht NPO bekend

De Nederlandse Publieke Omroep (NPO) krijgt per 1 januari een nieuwe onafhankelijke raad van toezicht. Voorzitter wordt Bruno Bruins. De andere leden zijn: Lizzy Doorewaard, Gala Veldhoen, Femke den Boer en Frank Vrancken Peeters. Het Koninklijk Besluit is getekend en staat binnenkort in de Staatscourant.

De raad van toezicht is door een extern wervings- en selectiebureau geselecteerd en vervolgens door een onafhankelijke benoemingscommissie voorgedragen aan staatssecretaris Dekker (Media). Reden voor de vervanging is dat de zittende raad van toezicht de maximale wettelijke termijn heeft bereikt. Op 1 januari 2016 loopt de tweede periode af en de raad van toezicht kan niet voor een derde periode worden herbenoemd.

Mogelijk worden er later nog meer leden toegevoegd aan de nieuwe raad van toezicht. Op dit moment ligt er een wetswijziging van de mediawet bij de Eerste Kamer. Daarin wordt voorgesteld om een uitbreiding van de raad toe te staan tot maximaal één voorzitter en zes leden. Dit in verband met de grotere rol en verantwoordelijkheid voor de NPO in het gewijzigde wetsvoorstel. Overigens blijft het voorzitterschap en lidmaatschap van de raad van toezicht een nevenfunctie.

vrijdag 20 november 2015

SBS test met addressable tv

Vorig jaar kondigde SBS aan een proef te starten met addressable tv. Addressable tv wordt mogelijk gemaakt door middel van HbbTV (hybrid broadcast broadband television), een technologie die televisie en internetdiensten combineert. Inmiddels is de eerste testfase afgerond met volgens SBS veelbelovende resultaten. De gebruikerservaring blijkt niet alleen zeer positief, maar zelfs de eerste aankopen naar aanleiding van HbbTV zijn al gedaan.

Integratie van lineaire en non-lineaire content wordt in de toekomst steeds belangrijker en addressable tv vormt hierin een belangrijke stap. Dit maakt het namelijk mogelijk om gericht te adverteren op televisie met persoonlijke en relevantere advertenties voor de consument als resultaat. Een uitgelezen kans voor adverteerders om de voordelen van op televisie en digitaal adverteren te combineren.

De proef bestond uit een drietal testcases met uiteenlopende doelstellingen. Achter de ‘rode knop’ was een interactieve laag te raadplegen tijdens UEFA Champions League, het SBS6-programma vtwonen en een commercial van ING. Naast de data die de pilot opleverde, werd in samenwerking met onderzoeksbureau Ipsos een uitgebreid onderzoek uitgevoerd. Zo werden door vijftig  huishoudens 6 weken lang de gebruikerservaringen uitvoerig bijgehouden in een speciale dagboekapp en bij een aantal gebruikers werd zelfs letterlijk meegekeken via Google Glass. Bovendien werden toekomstige functionaliteiten besproken in een afsluitende focusgroep.

Dit najaar konden gebruikers live tijdens de Champions League wedstrijden informatie opvragen over bijvoorbeeld balbezit, spelersopstelling en kaartsaldo. 88 procent van de testgebruikers gaf aan dat HbbTV een toegevoegde waarde is tijdens de wedstrijden en maar liefst 98 procent verwacht in de toekomst gebruik te maken van HbbTV tijdens voetbalwedstrijden.

In de tweede testcase was het mogelijk om de producten en meubels uit de desbetreffende aflevering van vtwonen meteen tijdens de uitzending te bestellen via de webshop. Uit de pilot bleek dat 75 procent van de gebruikers positief tegenover het aanschaffen van producten via tv staat. Drie op de tien verwachten in de toekomst daadwerkelijk producten aan te schaffen via hun televisie en 4 procent deed zelfs op de dag van uitzending al direct een bestelling.

De laatste testcase werd in samenwerking met Mindshare en ING opgezet. Voor een adverteerder als ING bleek HbbTV een nieuwe vorm van adverteren waarbij relevante informatie, producten en aanbiedingen snel af te stemmen zijn op specifieke kijkers. ING gaf hiermee verdieping aan haar campagne over ‘vooroplopen’ en liet hiermee zien innovatief te zijn. Drie op de tien testgebruikers gaven aan dat hun beeld van ING na de test positief is veranderd.

vrijdag 9 oktober 2015

Helft tv-tijd voor reguliere zenders

Het televisiescherm blijft centraal in Nederlandse huishoudens. De komende jaren verwachten bijna alle tv-bezitters de televisie evenveel of zelfs meer te gaan gebruiken. De toepassing van de televisie gaat echter veranderen. De tv wordt minder gebruikt voor het kijken van reguliere televisie uitzendingen en meer ingezet voor online streamingdiensten. De smart tv speelt hierin een centrale rol, zo blijkt uit de Smart Electronics Monitor, een marktonderzoek van onderzoeksbureau Multiscope onder 6.500 Nederlanders.

Regulier televisie kijken is nog altijd de belangrijkste activiteit op het televisiescherm. Ruim de helft van de totale tv tijd van een Nederlands huishouden wordt besteed aan reguliere tv zenders. Nu al wordt 12 procent van de televisietijd gebruikt voor online streamingdiensten. Met name Netflix en Popcorn Time zijn populair. Het gebruik van mediadiensten op televisie wordt steeds belangrijker. Netflix abonnees kijken nu al een kwart van de tv tijd naar Netflix.

Niet alle Nederlanders zijn bekend met de smart tv. Acht op de tien hebben weleens van smart tv’s gehoord. Momenteel heeft één op de drie huishoudens een smart tv. Het aantal smart tv’s zal in de komende jaren verder toenemen, aangezien de helft van de niet bezitters wel interesse heeft. Men wil met name een smart tv kopen als de huidige televisie het begeeft. Een belangrijke reden om een smart tv aan te schaffen is de integratie van diverse diensten in één apparaat. Door de opkomst van smart tv's moeten apparaten als Chromecast en Apple TV opnieuw hun toegevoegde waarde bewijzen. Zowel Google als Apple spelen hier op in met de aankondiging van Chromecast 2 en Apple TV 4.

Bezitters van een smart tv maken intensiever gebruik van het toestel dan bezitters van een gewone televisie. Drie van de vijf smart tv bezitters gebruiken het toestel meerdere keren per dag. Onder bezitters van een traditionele televisie is dit ongeveer de helft. Consumenten blijven de komende jaren de tv en de smart tv veelvuldig gebruiken. Nagenoeg alle consumenten met een smart tv verwachten de smart tv het komende jaar evenveel of meer te gaan gebruiken. Daarnaast verwacht 86 procent van de gewone tv bezitters het komende jaar evenveel of meer gebruik te gaan maken van het toestel.

dinsdag 22 september 2015

Commissariaat kritisch over uitvoerbaarheid plannen NPO en omroepen

Het Commissariaat voor de Media is in grote lijnen positief over het Concessiebeleidsplan van de Nederlandse Publieke Omroep (NPO), maar plaatst vanwege het ontbreken van heldere criteria en processen vraagtekens bij de uitvoerbaarheid van de geformuleerde strategische keuzes. Bovendien vergt de paragraaf met de benodigde financiële en personele middelen een betere onderbouwing, en ook moeten er concrete doelstellingen komen voor het vergroten van het bereik van specifieke doelgroepen zoals jongeren en allochtonen. Dit alles resulteert in een voorwaardelijk positief advies, blijkt uit een brief van het Commissariaat aan staatssecretaris Dekker (OCW).

In zijn rol als adviseur van het kabinet heeft het Commissariaat hetpdf-bestand  Concessiebeleidsplan 2016-2020 – getiteld ‘Het publiek voorop’ – getoetst aan de in de Mediawet vastgelegde publieke mediaopdracht. Daarbij is ook rekening gehouden met de uitgangspunten uit de Visiebrief (oktober 2014) van staatssecretaris Dekker en de beoogde aanpassing van de Mediawet. Het advies is opgebouwd langs de kernwaarden van het Commissariaat: onafhankelijkheid, pluriformiteit en toegankelijkheid.

De door de NPO in het Concessiebeleidsplan beschreven integrale distributiestrategie draagt naar het oordeel van het Commissariaat bij aan de toegankelijkheid en het bereik van het publieke media-aanbod. Er zijn echter ook verbeterpunten. Gelet op de uitvoerbaarheid van de plannen benadrukt het Commissariaat het belang van heldere criteria en processen voor de manier waarop de NPO controleert of publiek geld doelmatig wordt besteed, voor de wijze waarop externe producenten toegang krijgen tot het bestel en voor beoordeling van de vraag of de programmering voldoet aan de publieke mediaopdracht. Onafhankelijke validering van de criteria en processen is daarbij cruciaal. Het Commissariaat adviseert bovendien dat er, in lijn met de beoogde nieuwe Mediawet, een set met criteria komt op basis waarvan objectief kan worden vastgesteld of een programma een informatief, cultureel of educatief karakter heeft, of dat er sprake is van amusement.

Madeleine de Cock Buning, voorzitter van het Commissariaat voor de Media: “Ons overall oordeel over het Concessiebeleidsplan is positief, maar wel met de nodige kanttekeningen. Het ontbreken van heldere criteria kan leiden tot open eindjes en het bemoeilijkt het toezicht. Ook bevat het plan niet gekwantificeerde doelstellingen en aannames die wij niet kunnen controleren. Wat ons betreft wordt dat zo snel mogelijk nader uitgewerkt en geconcretiseerd, bijvoorbeeld in de Meerjarenbegroting of de nieuwe Prestatieovereenkomst.”

Het Concessiebeleidsplan bevat naast beleidsmatige keuzes ook een aanvraag voor een aantal nieuwe kanalen: NPO3.nl, NPO FunX Turkpop en NPO Nieuws & evenementen. Het Commissariaat is van oordeel dat deze kanalen binnen de publieke mediaopdracht passen. Wel moeten de behoefte van het publiek en de financiering van deze nieuwe kanalen nader worden onderbouwd. Overigens volgt de toetsing van de marktimpact in een later stadium. Ook NPO Plus past volgens het Commissariaat binnen de publieke mediaopdracht. Bij deze betaalde en meer uitgebreide versie van NPO Gemist behoeft vooral het effect van het abonnementsgeld op de toegankelijkheid extra aandacht. Ten aanzien van de voorgestelde beëindiging van onder andere NPO Humor TV, NPO Doc, NPO Radio 6 en diverse thematische portals en webkanalen constateert het Commissariaat dat dit past binnen de integrale distributiestrategie en het snel veranderende kijk- en luistergedrag.

Naast het Commissariaat voor de Media zal ook de Raad voor Cultuur een advies uitbrengen over het Concessiebeleidsplan en NPO Plus. De staatssecretaris zal de beide adviezen betrekken in de verdere besluitvorming.

8 procent van Nederlanders wil binnen 2 jaar tv-abonnement opzeggen

Acht procent van de Nederlanders verwacht de komende twee jaar het huidige tv-abonnement op te zeggen omdat steeds meer programma’s via internet te bekijken zijn. Dat blijkt uit een meting van onderzoeksbureau Telecompaper op basis van zijn Consumer Panel in augustus 2015.

In een half jaar tijd is het aantal Nederlanders verdubbeld dat verwacht de komende twee jaar het traditionele tv-abonnement op te zeggen. Bij de meting in januari 2015 gaf vier procent van de Nederlanders dit aan. Nog eens vijf procent van de Nederlanders stelt te verwachten op een gegeven moment over te stappen van het huidige tv-abonnement naar online kijken (al dan niet via een abonnement), alleen niet binnen twee jaar.

Er zijn duidelijke leeftijdsgebonden verschillen bij de verwachting of men wel of niet binnen twee jaar het huidige tv-abonnement opzegt.  Jongere tv-kijkers voorzien vaker dat zij hun tv-abonnement de deur uit doen. Bij de groep van 12-19 jarigen stelt 13 procent te verwachten dat dit gebeurt, bij de groep van 20-29 jaar is dat 12 procent en bij de Nederlanders van 30 tot 39 jaar is dat 11 procent.

dinsdag 8 september 2015

Lost in translation: nationale verschillen bij tv-vertalingen

Waarom is de Amerikaanse sitcom The Nanny anders vertaald in het Frans dan in het Italiaans? En hoe komt het dat de grappen van Friends niet werken als ze uit de mond van de Poolse voice-over komen? Giselinde Kuipers analyseerde de verschillen tussen vertalingen van geïmporteerde televisieprogramma’s, zoals Amerikaanse sitcoms, in vier Europese landen (Frankrijk, Italië, Nederland en Polen).

Ze wil met haar onderzoek verklaren hoe vertalingen tot stand komen, en hoe nationale verschillen in het sterk gemondialiseerde mediaveld blijven bestaan. De resultaten van haar onderzoek zijn onlangs gepubliceerd in het gerenommeerde vakblad American Sociological Review.

American Sociological Review staat bekend als het meest prestigieuze tijdschrift binnen de sociologie. Dat een Nederlandse wetenschapper hierin publiceert is bijzonder, aangezien vooral Amerikanen met hun onderzoek in het blad staan. Daarnaast is het speciaal dat het om een kwalitatief/etnografische studie gaat, terwijl bijna alle andere artikelen kwantitatief zijn.

Kuipers maakte gebruik van verschillende methodes zoals interviews met vertalers, observaties in vertaalstudio’s, een etnografische analyse en een survey. ‘De internationale verspreiding van mediaproducten zoals films en tv-series, vooral uit de Verenigde Staten, wordt veelvuldig bestudeerd. Vaak wordt bij zulk onderzoek echter niet gekeken naar het feit dat deze culturele producten worden vertaald, terwijl dit wel van grote invloed is op de perceptie van deze tv-series of films,‘ vertelt ze.

Kuipers toont aan dat er zelfs in een intens geglobaliseerd mediaveld nog steeds grote verschillen tussen landen bestaan. ‘Het sterke nationale karakter van de vertaalnormen verbaasde me. Ik verwachtte een grotere overeenkomst tussen de verschillende landen. Het spreekt theorieën tegen die één grote wereldcultuur voorspellen.’

Zo worden Amerikaanse sitcoms  - zoals The Nanny of Friends - in de door Kuipers onderzochte vier landen op een andere manier vertaald. In Frankrijk en Italië wordt de originele serie gedubd. Daarbij worden de verschillende karakters door andere stemacteurs vertolkt. De Fransen blijven het dichtst bij het origineel; in Italië wordt de inhoud vaak aangepast. De gedubde show is daar bijna een heropname van de tv-show. In Nederland worden tv-series ondertiteld, terwijl buitenlandse televisieseries in Polen worden vertaald door een voice-over.

Kuipers presenteert een model waarmee ze het voortbestaan van nationale vertalingssystemen verklaart. ‘Ik laat zien hoe verschillen in het vertalingswerk tot stand komen. Dit gebeurt door een spel van factoren op vier niveaus: technologie, en organisatorische, nationale en transnationale velden. Op elk level zijn verschillende instituties invloedrijk in de vorming van nationaal specifieke vertaalnormen en -praktijken.’

Kuipers draagt met dit artikel bij aan het begrip van globalisering, oftewel mondialisering. Ze vindt dat mondialisering, hoewel het vaak over het hoofd wordt gezien, niet kan zonder vertaling. Kuipers laat zien dat veel dingen die in onze geglobaliseerde wereld hetzelfde lijken te zijn, zoals vertaalde versies van een Amerikaanse sitcom, toch erg van elkaar kunnen verschillen.

‘Mijn onderzoek wijst ons op de mogelijkheid dat wat als world culture wordt gezien, aanzienlijke nationale variatie kent. Aan de hand van het voorbeeld van vertalingen van audiovisuele producten laat ik zien welke mechanismen ervoor zorgen dat nationale verschillen blijven bestaan. Er is dus niet zoiets als ‘het mondiale’ dat overal ter wereld hetzelfde is. In plaats daarvan zijn er uiteenlopende nationale versies van ‘het mondiale’. Ik laat zien hoe deze ‘nationale versies’ van gemondialiseerde verschijnselen  opkomen en blijven bestaan,’ aldus Kuipers.

maandag 7 september 2015

Efficiëntere regionale omroep blijft herkenbaar in de regio

De dertien regionale omroepen gaan hun administratieve taken op één plek onderbrengen, maar regionale redacties blijven per regio zelf bepalen wat ze uit zenden. De nieuw te vormen Regionale Publieke Omroep (RPO) wordt voor alle omroepen verantwoordelijk voor onder meer personeel, financiën en techniek. Met het geld dat deze efficiënte structuur bespaart, kan de bezuiniging van 17 miljoen worden opgevangen. Hierdoor blijft er ruimte voor kwalitatief goede programma’s en kan er geïnvesteerd worden in nieuwe media. Dit is de uitkomst van het overleg tussen de overkoepelende organisatie  van de regionale omroepen (ROOS) en staatssecretaris Dekker (Media). De afspraken zijn vandaag naar de Tweede Kamer gestuurd.

De regionale omroepen hebben eind mei een plan aangeboden aan staatssecretaris Dekker waarin werd beschreven hoe de regionale omroep om wil gaan met het veranderende medialandschap en de bezuinigingen van 17 miljoen euro. ROOS heeft gezegd dat de bezuinigingen zo min mogelijk effect moeten hebben op de programma’s die gemaakt worden. De staatsecretaris ondersteunt dat uitgangspunt. Dekker: “De regionale omroep heeft een hele belangrijke functie, omdat het nieuws om de hoek of in je buurt wordt verteld. Vanuit een eigen regionale identiteit. Dat mag niet verdwijnen en daarom waardeer ik de keuze die er wordt gemaakt. Door te snijden in bestuurslagen kan geïnvesteerd worden in programma's.”

Vernieuwing bij de regionale omroep is noodzakelijk, want net als bij de landelijke publieke omroep heeft de regio te maken met veranderend mediagebruik. Er wordt minder radio geluisterd en tv gekeken en meer gebruik gemaakt van internet en sociale media. Om toekomstbestendig te worden, is er een andere aanpak nodig. Daar kunnen de regionale omroepen nu mee aan de slag. Volgens planning moeten alle veranderingen ingaan in 2017. In de tussentijd blijven de staatssecretaris en ROOS in gesprek over de concrete uitwerking van de plannen.

dinsdag 25 augustus 2015

Dekker: 'Vernieuwde Mediawet breekt publieke omroepbestel open'

Producenten en andere partijen buiten de publieke omroep zijn niet langer afhankelijk van de erkende omroepen. Hierdoor krijgen innovatieve ideeën meer kans en neemt de creatieve competitie toe. Voor het eerst komt er voor buitenproducenten de mogelijkheid om direct programmavoorstellen in te dienen bij de Nederlandse Publieke Omroep (NPO).

Verder krijgt de NPO een stevige onafhankelijke rol ten opzichte van de omroepen. Dit is het gevolg van het wetsvoorstel tot aanpassing van de Mediawet dat vandaag naar de Tweede Kamer is gestuurd. Volgens staatssecretaris Dekker (Media) is het essentieel dat de publieke omroep moderniseert. Zodat de NPO de onderscheidende, innovatieve en slagvaardige publieke omroep van de toekomst kan worden. Dekker: “De luiken moeten open in het nu zo gesloten bestel. Bijna iedere dag zien we nieuwe media initiatieven opkomen. Niet alleen in Nederland, maar ook vanuit andere landen in Europa en Amerika vechten partijen om de aandacht van de kijker en de luisteraar. Er is steeds meer concurrentie. Daar moet de publieke omroep op inspelen.”

Meegaan in het veranderende medialandschap is noodzakelijk, maar niet genoeg. De publieke omroep is en blijft alleen relevant als de NPO zich onderscheidt. Dekker: “De programma’s van de publieke omroepen moeten er toe doen. Zodat kan worden gerechtvaardigd waarom het met publiek geld wordt gemaakt. De kracht van de publieke omroep is dat ze programma’s maken die anders niet zouden worden gemaakt. Ze zijn er niet om dunnetjes over te doen wat je bij de commerciëlen ook al voorbij ziet komen.”

Het wetsvoorstel scherpt de taakopdracht van de publieke omroep aan. De kerntaak van de NPO wordt beperkt tot educatie, informatie en cultuur. Dat betekent dat amusement als doel op zich wordt geschrapt. Wel kan het ondersteunend zijn als middel om educatieve, informatieve en culturele programma’s voor een breed publiek aantrekkelijk te maken. In dat geval draagt het immers bij aan de kerntaak.

Het kabinet heeft eerder aangekondigd het publieke mediabestel in drie stappen te hervormen. De eerste stap was het verminderen van het aantal omroepverenigingen, de tweede bestond uit bezuinigingen en met het aanbieden van de wijzigingen in de Mediawet wordt nu de derde stap gezet. Hiermee is de richting bepaald en heeft de NPO de kans om in de toekomst relevant te blijven.

Ster bestaat 50 jaar

Vandaag bestaat Ster 50 jaar. Een mijlpaal. Want met de oprichting in 1965 gaat televisie- en radioreclame in Nederland officieel van start. Een halve eeuw Ster staat voor vele memorabele, baanbrekende, humoristische en spraakmakende commercials. Dankzij uitzending van deze commercials maakt Ster al 50 jaar een onafhankelijke publieke omroep mede mogelijk.

Arian Buurman, algemeen directeur Ster: “Ster en NPO lopen gescheiden paden, maar dragen gezamenlijk bij aan dat ene doel; een publieke omroep die onafhankelijke programma’s, los van commerciële belangen, voor alle Nederlanders maakt. Een groot goed. In een explosief medialandschap hebben wij ons van monopolist succesvol ontwikkeld tot innovatieve marktpartij. En door te blijven innoveren willen we ook op de lange termijn een stabiele Ster-bijdrage leveren.”

Voor adverteerders is Ster van grote toegevoegde waarde. Harry Dekker, mediadirecteur van Unilever, onderschrijft dat in Broadcast Magazine van september 2015: “Net als Ster zelf, denken wij dat de ene GRP de andere niet is. Het umfeld van de publieke omroep vertegenwoordigt een specifieke waarde.”

En die waarde vertaalt zich in resultaat. Een kleine greep uit 50 jaar Ster: een bijdrage aan de mediabegroting van in totaal 7 miljard euro, 20 Ster Gouden Loeki’s en 1.400 AdMeasure commercialtests.

Ruim helft Nederlanders doet aan bingeviewen

Ruim de helft van de Nederlanders heeft in het afgelopen halfjaar wel eens aan bingeviewen gedaan. Vooral bingeviewen via Video-on-Demand diensten zoals Netflix, HBO of NLZiet neemt toe, zo blijkt uit onderzoek van Telecompaper .

Meer dan de helft van de Nederlanders heeft de afgelopen zes maanden meerdere afleveringen van een serie achter elkaar bekeken. Het meest populair blijft het bekijken van tv-series die zijn opgenomen van een tv-zender: 16 procent gaf bij de meting onder het Consumer Panel van juli 2015  aan op deze wijze te bingeviewen, gevolgd door 13 procent die series heeft gedownload of bekeken via (streaming) Video on Demand-diensten zoals HBO en Netflix.

Bingeviewen via VoD-diensten is ook sterk in opkomst. In vergelijking met de vorige meetperiode, zes maanden geleden, gaven bijna tweemaal zoveel mensen aan op deze wijze aan bingeviewen te doen: 13 procent versus zeven procent. Opgenomen tv-series kijken of series op dvd achter elkaar bekijken, daalt in populariteit. Bij tv-opnames drie procentpunten, bij series op dvd vier procentpunten naar acht procent.

vrijdag 14 augustus 2015

Regionale omroep investeert met eigen plan in kracht van de regio

De regionale omroepen zien geen reden het eigen plan waarmee men 17 miljoen wil bezuinigen te wijzigen op basis van het gisteren verschenen advies van de Raad voor Cultuur. De Raad pleit daarin voor een soort van BBC-model en een ander type bestuur. Volgens de koepel van regionale omroepen ROOS voorziet het eigen voorstel het beste in een slagvaardige regionale omroep die de regionale verankering niet verloren laat gaan.

 “Wat de Raad voor Cultuur voorstelt is een kopie van het Hilversumse NPO-model, met een landelijk bestuur dat geen enkele binding met de regionale mediabedrijven heeft. Dat is ons teveel een ivorentoren-model,” aldus Jack de Vries, voorzitter van ROOS. “Er is geen enkel draagvlak voor in de sector, waardoor het in de praktijk een niet werkend conflictmodel zal worden. Ons model voorziet juist wel in een slagvaardig bestuur dat binding met de inhoud en regio houdt.”

De oproep van de Raad voor Cultuur tot nauwe samenwerking met andere mediaorganisaties wordt door het ROOS-bestuur omarmd. Met de NOS werken de regionale omroepen aan een gezamenlijk nieuwsprogramma met landelijk/internationaal nieuws aangevuld met een regionaal bulletin. Met de lokale omroepen zijn er verspreid over het land al talloze samenwerkingen waardoor content en kennis worden gedeeld. ROOS wil dat netwerk verder uitbouwen tot een professionele fijnmazige nieuwsvoorziening in het hele land, om de teloorgang van de regionale journalistiek een halt toe te roepen. Met de kranten wil de regionale omroep ook graag samenwerken, maar die behoefte moet wel aan beide kanten bestaan. Dat lijkt vooralsnog niet het geval.

Het idee van de Raad voor Cultuur om de radiostations van de regionale omroep onder te dompelen in een zogeheten syndicatiemodel analoog aan het Belgische Radio 2 (een landelijke zender met regionale spitsblokken) wijzen de omroepen krachtig af. Regionale radio is publieke marktleider in Nederland. ROOS zegt open te staan voor nieuwe modellen, al dan niet collectief toegepast, maar wil niet achteloos een massale groep van miljoenen luisteraars terzijde schuiven.

Het BBC-model waarvoor de Raad pleit gaat er volgens ROOS aan voorbij dat regionale omroepen meer zijn dan nieuwsorganisaties. Achtergronden en evenementen maken de omroepen tot verbindende factor en dat vereist een eigen kanaal op radio en tv. Dat gaat in het BBC-model verloren, waarmee het kind met het badwater wordt weggegooid, aldus ROOS.

De regionale omroepen moeten volgens afspraken in het regeerakkoord van het kabinet-Rutte II vanaf 2017 in totaal 17 miljoen bezuinigen. De huidige 13 omroepen willen dat opvangen door de organisaties te bundelen tot vijf mediabedrijven die op het gebied van techniek en overhead centraal beleid gaan voeren. Inhoudelijk gaan de omroepen juist fijnmaziger opereren. Het plan van ROOS is vier maanden geleden gepubliceerd. Ondanks de opgelegde bezuinigingen moet het leiden tot verbetering van de regionale journalistiek. De verwachting is dat staatssecretaris Sander Dekker van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap het binnenkort naar de Tweede Kamer zal sturen.

donderdag 13 augustus 2015

Raad voor Cultuur kritisch over het rapport Het nieuwe publieke regionale mediabedrijf

De Raad voor Cultuur is in een advies aan staatssecretaris Dekker kritisch over het rapport Het nieuwe publieke regionale mediabedrijf: betrokken en betrouwbaar van Stichting Regionale Omroep Overleg en Samenwerking (ROOS). In dit 'voorstel voor een slagvaardige en efficiënte regionale publieke omroep' geeft ROOS invulling aan de opgelegde bezuiniging van 17 miljoen euro en de daaruit volgende herschikking in de organisatie van de regionale omroepen.

De raad is voorstander van een sterke en onafhankelijke regionale omroep en ziet kansen voor de toekomst. Toch legt hij andere accenten dan ROOS. ROOS kiest in haar voorstel voor een nieuw bestuursmodel met een vijfkoppige directie, en met vijf clusters van regionale omroepen met eigen directies en raden van toezicht. Hierdoor wordt een hiërarchische laag toegevoegd. Dit veroorzaakt in de visie van de raad meer bestuurlijke drukte, meer vergader- en overlegtijd en daarmee vertraging in de besluitvorming.

De raad constateert dat ROOS grotendeels vasthoudt aan de bestaande organisaties en de provinciale indeling. Hierdoor zal de inhoudelijke scope gericht blijven op de provincie als geheel. De raad meent, zoals beschreven in Agenda Cultuur (2015), dat de stedelijke regio's en het ommeland centraal moeten staan. Ook blijft samenwerking met de landelijke publieke omroep onderbelicht. Daarnaast concludeert de raad dat ROOS te weinig oog heeft voor samenwerking met lokale publieke en private mediapartijen zoals regionale dagbladen. Hij ziet namelijk juist een gezamenlijke toekomst voor de publieke regionale en lokale omroepen.

De raad adviseert de staatssecretaris ter versterking van de governance het volgende:
1. Het aantal directeuren in de koepel van 5 terug te brengen naar 2,5 of 3 fte's;
2. Geen vijf raden van toezicht op regioniveau in te stellen, maar één sterke raad van toezicht boven de hele organisatie;
3. Per cluster van regionale omroepen één managing editor met een journalistieke achtergrond te benoemen;
4. Per regionale omroep een programma adviesraad in te stellen om contact met de regio te borgen.

De raad is wat betreft televisieprogrammering voorstander van het venstermodel zoals dat gehanteerd wordt bij de BBC. De regionale nieuwsprogramma's zijn daar gekoppeld aan het BBC News uit Londen. Voor Nederland zou dit betekenen dat bij een aantal NOS-Journaals een regionaal journaal wordt geplaatst.

Voor radio kiest de raad voor het Vlaamse model. Hier zijn de regionale omroepen in de nationale zender Radio 2 geïntegreerd. Op de belangrijkste uren wordt in iedere regio een eigen journalistiek programma uitgezonden. Minder druk beluisterde uren worden centraal geproduceerd.

De raad adviseert de staatssecretaris dat ROOS na de bestuurlijke reorganisatie op den duur samen met OLON, de organisatie van lokale omroepen in Nederland, streeft naar een samensmelting van de 13 regionale en 278 lokale omroepen tot mediacentra. Hieraan kunnen verschillende partijen deelnemen: commerciële media, culturele en maatschappelijke organisatie, maar ook burgerinitiatieven en lokale overheden. In een aantal steden (o.a. Zaanstad, Eindhoven en Hilversum) zijn experimenten in die richting gaande. In Limburg is 1Limburg nu al succesvol. Dit is een gezamenlijk initiatief van Media Groep Limburg BV en de regionale omroep L1. In de Achterhoek werkt Regio8 eveneens met veel succes.

maandag 3 augustus 2015

Consument wil gewoon ouderwets zappen

Nederlanders gebruiken het liefst de ouderwetse afstandsbediening voor het gebruik van hun televisie. Smartphones en tablets worden nog weinig gebruikt om de tv te bedienen. Ruim vier vijfde kiest voor de afstandsbediening, een tiende gebruikt de smartphone, aldus een peiling van Telecompaper,

Wanneer een apart apparaat wordt gebruikt om de tv aan te sluiten op het internet, wordt de bediening ook gedaan via dat apparaat. Steeds vaker is bediening echter ook mogelijk via een app op smartphone of tablet. Wanneer Nederlanders de keuze hebben uit drie apparaten om mee te zappen op tv, verkiezen zij nog altijd de traditionele afstandbediening boven de smartphone en tablet.

Alleen voor tieners zijn smartphones enigszins interessant als vervanger van een afstandsbediening, 23 procent geeft aan via te willen zappen met zijn mobiele telefoon. Twintigers en dertigers (18%) zijn ook enthousiaster over zappen met een smartphone wanneer dit vergeleken wordt met 50-plussers.

maandag 20 juli 2015

Jack van Gelder nieuwe presentator Sport1

Jack van Gelder wordt met van ingang 15 september de nieuwe presentator van de studio uitzendingen op Sport1. Van Gelder zal in ieder geval de presentatie rondom de UEFA Champions League en de EK kwalificatiewedstrijden voor zijn rekening nemen. Daarnaast treedt hij in de weekeinde veelvuldig op als gastheer van het programma 'Sport1 Studio'.

Maarten Nooter, hoofdredacteur NOS Sport, op de transfer van Van Gelder, zegt: "Het is buitengewoon jammer dat Jack vertrekt. Hij is één van onze gezichtsbepalende presentatoren en we wilden hem dus ook niet kwijt. Juist daarom hebben we onlangs nieuwe afspraken gemaakt tot ruim na Jacks 65e verjaardag. Hij kiest nu echter alsnog voor een nieuwe uitdaging. In voetbaltermen zou je kunnen zeggen dat wij in de spreekwoordelijke nadagen van zijn loopbaan nog een prachtige nieuwe meerjarige overeenkomst hadden gesloten, maar dat er ineens een bod uit Qatar kwam waar Jack geen 'nee' tegen kon zeggen. Zoiets kan. Jack heeft bijzondere dingen voor de NOS gedaan; memorabele televisie en vooral ook radio gemaakt. En dat gaan we missen. Maar dat geldt ook voor Jack, zoveel is zeker. Wij zijn Jack van Gelder dankbaar voor al die mooie jaren en tegelijkertijd gunnen we hem een koninklijk vertrek en wensen we hem alle succes toe bij zijn nieuwe club.”

Jack van Gelder (1950) is voor het laatst te zien en te horen bij de NOS tijdens de EK-kwalificatieduels van het Nederlands elftal met respectievelijk IJsland (3 september) en Turkije (6 september). Zijn laatste Studio Voetbal presenteert hij op zondag 31 augustus.
 

vrijdag 17 juli 2015

'Over-the-top tv ten koste van lineair tv-kijken'

Over-the-top tv (OTT TV) veroorzaakt grote wijzigingen in het kijkgedrag en daardoor ook in de dynamiek en verdienmodellen van omroepen, kabelaars, programmamakers en reclamebureaus. OTT TV kan in Nederland net zo populair worden als in de Verenigde Staten. Dat stelt PwC naar aanleiding van een nieuwe publicatie over de impact van OTT TV op de Nederlandse tv-industrie. Het 'gewone' of lineaire tv-kijken zal, in navolging van de VS, de komende jaren dalen.

'De opvatting dat OTT TV bovenop het gewone of lineaire tv-kijken komt, is achterhaald ', zegt Cornelis Smaal, verantwoordelijk voor de technologie-, media- en telecomgroep van PwC. 'Er vindt onbetwistbaar een substitutie-effect plaats. Dat zien we heel duidelijk in de VS, waar OTT TV al langer ingeburgerd is. De kijkcijfers van de grote Amerikaanse omroepen liggen dit jaar bijna 12% lager dan vorig jaar. Tv-stations die zich richten op jongere kijkers zien nog grotere dalingen. Die effecten gaan we ook in Nederland snel zien omdat de snelheid waarmee de OTT TV de markt binnendringt, vergelijkbaar is met die van de mobiele telefonie.'

Zo is Netflix er in zeven jaar tijd in geslaagd om meer dan een derde van de Amerikaanse huishoudens tot abonnee te maken. De helft van de huishoudens in de VS heeft nu al een abonnement op een OTT TV dienst. Ook in Nederland groeit de OTT TV markt heel snel. Zo zou Netflix volgens sommige schattingen nu al c. 1,3 miljoen gebruikers hebben in Nederland.

Hoewel er grote verschillen zijn tussen beide landen, kan over-the-top tv in Nederland net zo populair worden als in de VS, zegt Tom de Groeve, auteur van de publicatie. 'De traditionele manier van televisiekijken is nog steeds dominant in Nederland. Ook in de VS leken OTT TV-diensten op het eerste gezicht geen invloed te hebben op lineaire tv-kijkcijfers. Echter, een jaar geleden zijn de kijkcijfers voor met name zenders die zich op jongeren richten, spectaculair gaan dalen.

Vooral vrouwen appreciëren de flexibiliteit van OTT TV: in een jaar tijd zijn in de VS de kijkcijfers voor vrouwen gedaald met bijna 15 procent. Ook andere data tonen dat OTT TV wel degelijk lineair tv-kijkcijfers beïnvloedt. Zo kijken huishoudens in de VS met een Netflix-abonnement bijna 20 procent minder lineair tv. In de UK waar Netflix en andere OTT diensten al iets langer beschikbaar zijn, worden de effecten van OTT TV nu heel duidelijk. Het aantal huishoudens met een tv in de UK is voor het eerst in de geschiedenis aan het dalen en de kijkcijfers van de 'traditionele' tv-stations zijn met 5% gedaald.

Tom de Groeve waarschuwt wel dat de marktsituatie in de VS niet 1-op-1 te vergelijken is met die van Nederland. 'De afwezigheid van reclame is één van de redenen waarom Netflix en HBO in de VS zo succesvol zijn. Reclame is in Nederland veel minder prominent onderdeel van de Nederlandse tv. Verder zijn kabelpakketten in de VS veel duurder dan in Nederland en is betalen voor programma's in Nederland nog niet ingeburgerd. Ook het gebrek aan lokale content zou het succes van buitenlandse OTT TV aanbieders in Nederland kunnen beperken. Maar daar staat tegenover de breedband-penetratie in Nederland met ruim 95% ongekend hoog is.'

maandag 29 juni 2015

Simpel Media nu van Endemol

Endemol Shine Nederland (ESN) heeft zich versterkt met Simpel Media: de producent van programma’s als Het mooiste meisje van de klas, Ontvoerd en Vive La Frans. Simpel Media treedt per 1 juli aanstaande toe tot de overkoepelende organisatie van de marktleider, met behoud van de zelfstandige activiteiten.

De overeenkomst tussen de mediabedrijven is bedoeld om synergie tot stand te brengen op het gebied van programma ontwikkeling, productie en bedrijfsvoering. Als onderdeel van de samenwerking worden de activiteiten van het ESN-label SNP Media voortgezet onder de naam Simpel Media. De huidige titels van SNP, waaronder Ik Vertrek, Oplichters in het Buitenland, Grenzeloos Verliefd en Messiah Masterclass, zijn daarbij inbegrepen.

De komende periode verhuist Simpel Media (gefaseerd) naar het complex van ESN, de MediArena in Amsterdam Zuidoost. De operationele en creatieve aansturing van Simpel Media komt in handen van Laurens Woldberg, Gabri Buytelaar (beide Simpel Media) en Roy Straatman (voorheen SNP Media). Daarnaast zal Laurens Woldberg Simpel Media vertegenwoordigen in het management team van ESN. Medeoprichters van Simpel Media Mark Wentges en Jurriaan Hillen verlaten het bedrijf. Wentges gaat zich focussen op zijn deelnemingen in andere branches. Hillen richt zich met Moneytainment Ventures op de aanstaande liberalisering van de kansspelmarkt.

woensdag 27 mei 2015

‘Aanpassingen afspraken sportcontracten horen bij onafhankelijke en transparante publieke omroep’

Het Commissariaat voor de Media bevestigt dat de afspraak waarbij voor de betaalzender Fox Sports gratis Ster zendtijd aan Eredivisie Media en Marketing (EMM) ter beschikking werd gesteld rond NOS Studio Sport uitzendingen nu is aangepast. Daarmee is opnieuw een belangrijke stap gezet in de zaak rondom de Eredivisie rechten.

Commissariaat voorzitter Madeleine de Cock Buning: ‘De publieke omroep hoort onafhankelijk en transparant te zijn. Het Commissariaat ziet de aangepaste afspraken dan ook als een positieve ontwikkeling, daarmee wordt ook oneerlijke concurrentie met commerciële media-instellingen voorkomen. Voor het Commissariaat was het een voorwaarde dat de afspraken in een protocol zijn neergelegd zodat onafhankelijkheid en transparantie ook in de toekomst zijn gegarandeerd. Dat is steeds onze inzet geweest.’

Onderdeel van het contract dat de NOS sloot met EMM over het uitzenden van samenvattingen van Eredivisiewedstrijden was de afspraak dat rond de Studio Sport uitzendingen ook Ster zendtijd gratis ter beschikking werd gesteld. De afgelopen maanden heeft het Commissariaat voor de Media zowel de NPO, de NOS als de Ster erop gewezen dat het betrekken van afspraken over Ster zendtijd niet meer past bij de onafhankelijkheid en transparantie die hoort bij de publieke omroep. Door het protocol dat nu op initiatief van de NPO is opgesteld, worden deze zaken nu voor de lange termijn geborgd.

Eerder had de NOS na sommatie van het Commissariaat voor de Media al een aantal afspraken aangepast die de commerciële belangen van de betaalzender Fox Sports dienden.

Nu het contract wordt aangepast, zal het CvdM moeten besluiten of het onderzoek naar het eredivisiecontract kan worden afgerond. Over de elementen die nu nog in onderzoek zijn, kunnen op dit ogenblik geen mededelingen worden gedaan.

Bijzondere 'gouden plaat' Dorus onder de hamer

Vrijdagavond eindigt bij online veilinghuis Catawiki een veiling met één van de meest bijzondere 'gouden platen' uit de Nederlandse muziekgeschiedenis. Het gaat om een prijs die meer dan 50 jaar geleden werd uitgereikt aan Dorus (Tom Manders) voor de verkoop van 500.000 exemplaren van de single 'Me auto'. Tom Manders was in de jaren '50 en '60 een succesvolle cabaretier en werd name bekend in zijn rol als zwerver Dorus. Uniek aan de 'award' is dat Manders voor de gelegenheid geen 'gouden plaat' kreeg, maar een 'gouden model' van een T-Ford, de auto waarin Dorus altijd rondreed. De gouden 'plaat' van Dorus is onderdeel van een grote veiling met bijna 250 gouden platen van bekende nationale en internationale artiesten. Zo kan er onder andere worden meegeboden op gouden platen van Queen, Elvis, ABBA, The Rolling Stones, Pearl Jam en Michael Jackson, maar ook op platen van Herman van Veen, Johnny Jordaan en de Golden Earring.

Volgens veilingmeester John Jansen van Catawiki is de gouden award van Dorus een waar museumstuk. ''Dorus heeft heel wat muzikale successen achter zijn naam. Zo haalde zijn nummer 'Twee motten' in de jaren '50 een nummer 1 notering. De single 'Me auto' kwam uit in 1958 en haalde met een half miljoen verkochte platen dus ook de gouden status. Dorus was begin jaren ''60 op het hoogtepunt van zijn carrière en kreeg de prijs dan ook uitgereikt door niemand minder dan televisiepersoonlijkheid Mies Bouwman. Een krantenknipsel uit die tijd herinnert nog aan deze 'plechtigheid'. Deze award is dus in vele opzichten uniek en hoort echt in een museum thuis'', aldus veilingmeester Jansen.

Een ander topstuk in de veiling is een Gouden plaat van Tina Turner die ze in 1993 persoonlijk kreeg uitgereikt voor verkoop van 500.000 cd's en cassettebandjes van haar hit 'What's love got to do with it'. ''Erg leuk aan deze award is dat in de prachtige lijst naast de CD ook een gouden cassettebandje is te zien. Iets wat we ons nu niet meer kunnen voorstellen. Ik verwacht dan ook veel internationale belangstelling voor een dergelijk uniek verzamelaarsitem'', aldus veilingmeester Jansen. Ook verwacht de veilingmeester een hoge opbrengst voor een prachtige gouden plaat van Johnny Jordaan die hij in 1964 kreeg uitgereikt voor zijn complete oeuvre.

maandag 11 mei 2015

Sterke relatie tussen Twitter en televisie

Er is een sterke relatie tussen tweets en televisiebereik. Programma's die op televisie een groot bereik kennen, zorgen ook op Twitter voor veel tweets. Een omgekeerd effect komt ook voor; activiteit op Twitter zorgt ervoor dat mensen op een bepaalde zender afstemmen. De sterkte van de relatie wordt met name bepaald door het genre van het televisieprogramma waarbij sport en amusementsprogramma's de lijst aanvoeren. Dit blijkt uit de GfK Twitter TV Study, een onderzoek van GfK in samenwerking met Twitter en SPOT (Marketingcentrum van Nederlandse TV zenders) naar de relatie tussen Twitter en Nederlandse televisieprogramma's.

In de periode tussen oktober 2013 en mei 2014 is voor  een groot aantal televisieprogramma's de relatie tussen Twitter en TV geanalyseerd. Hieruit komt naar voren dat televisieprogramma's een aanzienlijk bereik hebben op Twitter: het aantal personen dat tegelijk met het kijken naar het televisieprogramma ook de ontwikkelingen over dit televisieprogramma op Twitter volgt, loopt op tot 15% van het totale kijkerspubliek. 

Twitter zorgt in bepaalde gevallen voor extra televisiebereik. Dit laatste is bijvoorbeeld het geval bij de finale van het Eurovisie Songfestival in 2014. Het Oostenrijkse optreden zorgde voor relatief veel tweets; in de minuten erna steeg het aantal televisiekijkers binnen de groep Twitteraars. Ook bij de Kerstspecial van All you need is Love en het televisieprogramma van 3FM Serious Request is te zien dat Twitter extra televisiebereik genereert.

Binnen de geanalyseerde programma's is een groep Twitter accounts waargenomen die telkens zorgt voor een toename van het aantal tweets. Deze groep ambassadeurs bestaat onder andere uit fan-sites, bekende Nederlanders en officiële Twitter accounts van de betreffende programma's. 8 procent van het totale aantal tweets over deze programma's komt van deze ambassadeurs. Over 76 procent van de geselecteerde programma's heeft deze groep ambassadeurs iets getwitterd. Eén op de tien tweets over de geselecteerde programma's is afkomstig van een ambassadeur (rechtstreeks of via een retweet).

vrijdag 8 mei 2015

'Maak van de publieke omroep geen commercieel gedrocht'

D66-Kamerlid Kees Verhoeven vandaag in Trouw: “Door commerciële zenders te imiteren, wordt de publieke omroep vanzelf overbodig. Door publieke meerwaarde te bieden, kan de publieke omroep ook in de toekomst onderscheidend blijven.”

Terwijl Google en Netflix in hoog tempo de wereld veroveren en het medialandschap veranderen, voert Hilversum een achterhoedegevecht om de macht. In plaats van tien omroepen die elk hun eigen keuzes maken, wil de Nederlandse Publieke Omroep (NPO) naar een BBC‐model met sterke centrale sturing. Bij deze machtsgreep richt de NPO de blik echter niet op de kwaliteit van programma’s en platforms, maar staart zich juist blind op kijkcijfers en bezoekersaantallen. Hoe goed de bedoelingen ook mogen zijn, het werkt contraproductief. Door van de publieke omroep een commercieel gedrocht te maken, wordt deze niet sterker maar juist zwakker en uiteindelijk zelfs overbodig.

Het antwoord op multinationals als Apple en Liberty Global is een BBC‐achtig bestel waarbij één organisatie de inhoud van de publieke netten, zenders en websites bepaalt. Zo redeneert men althans in de bestuurskamer van de NPO en zo staat het in hun onlangs uitgelekte beleidsplan. “Bigger, fewer, better” , zo luidt de nieuwe slogan op het mediapark.

De realiteit is een stuk weerbarstiger. Onder leiding van de NPO is de publieke omroep zich steeds meer gaan gedragen als een commerciële zender. Terwijl de BBC het zonder reclame‐inkomsten doet, kreeg de Nederlandse televisiekijker juist meer en langere reclameblokken voor zijn kiezen. De NOS mocht zelfs een geheim miljoenencontract sluiten met betaalzender FOX Sports over voetbalrechten. Promotie van FOX en een reclamedeal met de STER wogen daarbij zwaarder dan de eigen journalistieke onafhankelijkheid. Reden voor het Commissariaat voor de Media om de NOS terug te fluiten. Intussen kocht de VARA met publiek geld de rechten van ‘The Graham Norton Show’. Op zich een prima tv‐programma, maar al lang in Nederland te zien bij Comedy Central. Niet alleen is het publieke belang bij dergelijke aankopen ver te zoeken, ook worden commerciële zenders zo de markt uitgedrukt met publiek geld. Desondanks zegt de NPO gewoon vast te houden aan het uitzenden van puur amusement. Geheel tegen de wens van staatssecretaris Dekker in.

Nog erger dan het commerciële doen, is het publieke laten. Zo worden informatieve websites in het hart van de publieke kerntaak als NPO Geschiedenis en NPO Doc geschrapt. En documentaires en drama van Nederlandse bodem verdwijnen achter de betaalmuur van NPO Plus. Welk publiek hiermee bediend wordt, weet niemand.

Het is een groot verschil met de BBC die wereldwijd bekend staat om zijn reclamevrije zenders van hoge kwaliteit. Die roem is te danken aan de diepgravende documentaires van Louis Theroux en David Attenborough, de even informatieve als onderhoudende kennisquiz QI (Quite Interesting) of de serie ‘Secret Britain’, waar alle uithoeken van het Britse landschap worden verkend. Bij de BBC is overigens ook ruimte voor amusement, mits onderscheidend, zoals ‘Have I Got News For You’ al sinds 1990 bewijst.

Zo bezien is het best begrijpelijk dat de NPO de BBC als voorbeeld beschouwt. Maar de NPO ziet één ding over het hoofd: de Nederlandse televisiekijker heeft niets aan een BBC‐model zonder de bijbehorende BBC‐inhoud.

Terwijl NPO inzet op meer amusement en minder opinie‐ en debatprogramma’s, kiest D66 daarom voor onderscheidende programma’s op vijf hoofdthema’s: cultuur, educatie, Nederlandstalig drama, nationale evenementen en natuurlijk nieuws en (achtergrond)journalistiek. Daarbij zijn publiekswaardering en een betere bediening van diverse doelgroepen belangrijker dan kijkcijferdrift en programmeren op maximale STER‐inkomsten

Het komt er nu op aan. Door commerciële zenders te imiteren, wordt de publieke omroep vanzelf overbodig. Door publieke meerwaarde te bieden, kan de publieke omroep ook in de toekomst onderscheidend blijven. De keuze is aan de NPO.

donderdag 16 april 2015

Nederlanders lanceren eerste 4K-televisiezender ter wereld

Tijdens de internationale tv-markt MIPTV in Cannes wordt deze week Festival 4K gepresenteerd, de eerste televisiezender ter wereld die zich volledig richt op uitzendingen in Ultra HD, meestal 4K genoemd. Festival 4K is beschikbaar voor tv-distributeurs over de gehele wereld. De initiatiefnemers voor de nieuwe zender zijn de oostelijke mediaondernemers Jur Bron en Gerard Ardesch en hun compagnons Rob Overman en Robert Rutten van de Nederlandse Brava Group.

Samen met Gerard Ardesch stond Bron eerder (mede) aan de basis van succesvolle muziekzenders als Brava, DJAZZ.tv, TV Oranje en SchlagerTV. De verwachting is dat de verkoop van televisietoestellen die geschikt zijn voor Ultra HD de komende tijd snel zal stijgen, zo melden bronnen bij het toonaangevende Taiwanese DIGITIMES Research instituut. Ook dalen inmiddels de prijzen van Ultra HD-televisietoestellen.

Festival 4K is de eerste televisiezender ter wereld die non-stop uitzendt in native 4K (Ultra HD) beeldkwaliteit en Dolby Digital audio. Festival 4K brengt de meest opmerkelijke, kleurrijke en spectaculaire festivals, concerten en theaterproducties. Een nieuwe internationale ‘feelgoodzender’ met de beste pop, rock, jazz, dance, musical, modern circus, opera en stadionshows voor een wereldwijd publiek.

Festival 4K brengt uitsluitend producties op het scherm in native 4K-8K, met een superieure beeldkwaliteit van minimaal 4320 horizontale en 2160 verticale pixels. De zender wordt op dit moment aangeboden met een programmering in blokken van zes uur. In 2016 zal dit worden uitgebreid naar loops van twaalf uur. Vanaf 2017 verzorgt Festival 4K een unieke 24-uurs programmering in Ultra HD.

Festival 4K wordt redactioneel ondersteund door Music Media & More in Almere. De technische ondersteuning vindt plaats vanuit het Overijsselse Steenwijk door het bedrijf Basmedia.

donderdag 2 april 2015

Boete voor Omroep Max vanwege Heel Holland Bakt-producten

Het Commissariaat voor de Media legt Omroep Max een boete op van € 162.000,-. Omroep Max krijgt deze boete omdat het Ahold in de gelegenheid heeft gesteld geld te verdienen aan ‘Heel Holland Bakt’-producten.  Tijdens het tweede seizoen van Heel Holland Bakt heeft Ahold een uitgebreide en exclusieve Heel Holland Bakt-productlijn op de markt gebracht. Daarmee heeft Ahold kunnen profiteren van het succes van een met publiek geld gefinancierd programma. Omroep MAX heeft dit mogelijk gemaakt door de merchandiserechten op het programma Heel Holland Bakt uit handen te geven. Daarmee heeft Omroep Max het dienstbaarheidsverbod overtreden en om die reden wordt de omroep door het Commissariaat beboet.

Omroep MAX heeft een contract gesloten met BBCW (de commerciële tak van de BBC) ter verkrijging van een licentie op het format van het Engelse The Great British Bake Off, waarop het programma Heel Holland Bakt is gebaseerd. In dat contract was ook opgenomen dat Omroep MAX de merchandise rechten op het programma Heel Holland Bakt niet zou verkrijgen en dat Omroep MAX het merk en het logo van Heel Holland Bakt zou overdragen aan de BBC. Met het tekenen van het contract deed Omroep MAX dus afstand van alle rechten op merchandise rondom Heel Holland Bakt. Ook was er in dat contract geen mogelijkheid opgenomen het contract te beëindigen als dit in strijd zou zijn met de Mediawet 2008.

Ahold heeft van BBCW de merchandiserechten verkregen over het programma Heel Holland Bakt. Ahold heeft tegelijk met het uitzenden van het tweede seizoen van Heel Holland Bakt, een uitgebreide productlijn op de markt gebracht met Heel Holland Bakt-artikelen. Deze artikelen werden verkocht bij Albert Heijn en Bol.com. Zo heeft Ahold dus kunnen profiteren van het succes van Heel Holland Bakt.

Omroep MAX is een publieke omroep en wordt  gefinancierd met overheidsgeld. Dit geld is bedoeld om de publieke mediataak, het uitzenden van programma’s, te financieren. Voor publieke omroepen geldt dat zij zich moeten houden aan het dienstbaarheidsverbod. Dit moet voorkomen  dat commerciële partijen kunnen profiteren van en meelilften op het succes van programma’s van een publieke omroep.  De wetgever heeft de publieke omroepen daarom de plicht opgelegd om te voorkomen dat derden dankzij een programma van een publieke omroep een meer dan normale winst of ander concurrentievoordeel behalen.

donderdag 12 maart 2015

Video kijken wordt steeds meer mobiel

Video kijken verschuift naar online en naar mobiel. En het gaat ten koste van het kijken naar traditionele televisie en zelfs pc breedband. Die conclusie trekt TDG in het rapport TV Gets Personal – Trends in Mobile Video Viewing, 2015-2025.

In 2025 maakt mobiele video al voor 20 procent deel uit van het totale video aanbod, inclusief televisie. De nadruk zal steeds meer komen te liggen op het gebruik van video apps. Opvallend is dat er vooral in huis mobiel wordt gekeken, en dus niet onderweg. Tablets worden nu al voor tachtig procent in huis gebruikt, smartphones voor vijftig procent.

ITV neemt John de Mols Talpa over

Het Britse mediaconcern ITV neemt Talpa Media van oprichter en eigenaar John de Mol voor in elk geval 500 miljoen euro. Afhankelijk van de prestaties van Talpa in de komende acht jaar, en de betrokkenheid van John de Mol bij het bedrijf, kan de uiteindelijke aankoopprijs oplopen tot 1,1 miljard.

ITV is het grootste commerciële televisiebedrijf in het Verenigd Koninkrijk en brengt alle genres, van groot entertainment tot sport, nieuws en eigen dramaseries. ITV exploiteert een groep zenders en heeft eigen productiebedrijven, ook in een groot aantal andere landen.

woensdag 11 februari 2015

Wekelijkse publicatie Top 20 meest populaire TV programma's op Twitter

Vanaf vandaag publiceert SPOT iedere week een ranking van de meest populaire Nederlandse TV programma's en -zenders op basis van het aantal tweets. Deze GfK Twitter TV Ratings laten zien over welke Nederlandse TV programma's en zenders het meest getwitterd wordt. De GfK Twitter TV Ratings zijn vanaf nu wekelijks te vinden op SPOT.nl.

De GfK Twitter TV Ratings laten per programma en zender zien hoeveel mensen erover getwitterd hebben. De cijfers geven inzicht in het aantal Tweets, het aantal unieke twitteraars, het aantal twitteraars dat een Tweet heeft gezien en het aantal impressies. De GfK Twitter TV Ratings bestaan uit: Top 20 TV programma's waarover het meest getwitterd is. Top 15 TV zenders met de meeste Tweets

Michel van der Voort, directeur SPOT benadrukt de functie van Twitter als aanvulling op TV kijken: "Twitter verhoogt de betrokkenheid van de TV kijker en stimuleert discussies van TV kijkers onderling. Met de wekelijkse rapportages wordt de wederzijds versterkende werking en relatie tussen TV en Twitter nog inzichtelijker", aldus Van der Voort.

donderdag 22 januari 2015

NOS en Omroep Zeeland gaan technisch samenwerken

De NOS en Omroep Zeeland zetten vandaag een nieuwe stap in de samenwerking tussen de landelijke en de regionale publieke omroep. Vandaag begint een technische pilot die ertoe moet leiden dat Omroep Zeeland gebruik gaat maken van het NOS-redactiesysteem. Zo kan de inhoudelijke samenwerking  verder worden verdiept, tegen relatief lage kosten. Werkt het in Zeeland, dan kunnen andere regionale omroepen aanhaken.

Het redactiesysteem iNOS is door de NOS in eigen huis ontwikkeld. Het komend jaar wordt gebruikt om de technische mogelijkheden op een rijtje te zetten en die te vertalen in een systeem dat de Zeeuwen eind dit jaar kunnen gebruiken. Deze koppeling van het ‘landelijke’ en het ‘regionale’ iNOS maakt inhoudelijke samenwerking eenvoudiger, doordat informatie makkelijker en sneller kan worden uitgewisseld.

Algemeen directeur Jan de Jong van de NOS: ”We werken al intensief samen met de regionale omroepen op het gebied van de journalistieke inhoud. Zo wisselen we beeld en geluid uit via de speciaal ontwikkelde NOS Mediacloud en zitten mensen van de regionale omroepen bij ons op de Nieuwsvloer. Daar komt nu het delen van een redactiesysteem bij. Met het standaardiseren van techniek komen we tegemoet aan een expliciete wens van staatssecretaris Dekker voor meer samenwerking tussen regionale omroepen en de NOS. Dat het geld bespaart in een tijd waarin zowel de landelijke als de regionale publieke omroepen fors moeten bezuinigen, is natuurlijk mooi meegenomen.”

Ook directeur Monique Schoonen van Omroep Zeeland is enthousiast: "We zien het iNOS-redactiesysteem als een vliegwiel om de journalistieke samenwerking tussen NOS en de regionale omroepen op dagbasis te versterken en over en weer te verbeteren. De NOS komt veel meer en sneller aan verhalen uit de regio en de regionale omroepen kunnen via het redactiesysteem van de NOS hun verhalen makkelijker in een landelijke context plaatsen. Doordat de regionale omroepen geen eigen redactiesysteem meer hoeven te ontwikkelen worden publieke middelen efficiënt gebruikt en wordt tegelijkertijd de kwaliteit verhoogd."

maandag 19 januari 2015

Tv-platform Belgacom nu echt open voor derden

De federale regulator BIPT heeft de tarieven vastgelegd waarmee andere aanbieders kunnen gebruikmaken van het platform voor digitale televisie van Belgacom. De publicatie is de laatste stap in de openstelling van het digitale televisieplatform van Belgacom. Het tarievenbesluit wordt binnen twee maanden van kracht. In die periode kan er nog wel beroep worden aangetekend. De kabel (Telenet) was al langer opengesteld voor alternatieve aanbieders. Vooral Mobistar wil daarvan gebruik gaan maken.

NostalgieNet overgenomen

Mediabedrijf Just Media Group heeft alle aandelen zijn overgenomen van de tv-zender NostalgieNet en de activiteiten van de uitgeverij Tijdsbeeld Media. Voorlopig zet NostalgieNet zijn werkzaamheden voort vanaf het Mediapark in Hilversum. Vanaf medio maart zullen de activiteiten verplaatst worden naar het kantoor van de Just Media Group, eveneens te Hilversum.

NostalgieNet is in 2008 opgestart en is in ruim vier en een half miljoen huishoudens te ontvangenen weet per week ruim 1 miljoen unieke kijkers aan zich te binden. Dit zijn kijkers uit de leeftijdsgroep van 45 en ouder jaar die nog volop van het leven genieten en actief zijn.

NostalgieNet brengt het beste uit de jaren vijftig tot en met tachtig terug op tv. Iedere maand staat een thema centraal zoals sport, muziek, Nederlands-Indië, weer en wind of film. Uit het rijke Polygoonarchief worden de hoogtepunten van het betreffende thema getoond in het maandelijkse thema-uur. Naast de informatieve Polygoonjournaals is ook ruimte voor entertainment. NostalgieNet heeft diverse Nederlandse en Britse series, Nederlandse speelfilms, muziek en amusement uit de theaters, zoals shows van o.a. Herman van Veen en Mini en Maxi. Tevens worden er ook nieuwe programma’s met van Kooten en de Bie en Rik Felderhof geproduceerd en opgenomen in de programmering.

woensdag 14 januari 2015

Dekker maakt omroepen toekomstig publiek bestel bekend

De komende vijf jaar maken 6 omroeporganisaties onderdeel uit van de Nederlandse Publieke Omroep. Het gaat om de gefuseerde omroepen AVROTROS, KRO-NCRV, BNN-VARA en de zelfstandige omroepen EO, Omroep MAX en VPRO. 3 anderen krijgen een aspirant status. Het gaat om PowNed, WNL en HUMAN. Zij moeten samen gaan werken met één van de fusie omroepen, de zelfstandige omroepen of de NTR.  Dat heeft staatssecretaris Sander Dekker (media) besloten.

In de toekomstplannen van de staatssecretaris wordt de publieke omroep vanaf 2016 onderscheidender, innovatiever en slagvaardiger, want alleen zo heeft de publieke omroep een toekomst. Dat betekent bijvoorbeeld dat de overlap met de commerciële omroep moet worden beperkt. Ook krijgt de publieke omroep de wettelijke taak om programma’s te maken die informeren, bijdragen aan educatie of raken aan onze culturele identiteit. Bovendien krijgen andere organisaties op programmaniveau vanaf volgend jaar de mogelijkheid om bij te dragen aan de programmering. Maximaal 50% van het budget komt beschikbaar voor creatieve ideeën van buiten. De omroepen maken hun programma’s tot en met 2020 in dit vernieuwde publiek bestel, waar ook de taakomroepen NOS en NTR deel van uit blijven maken.

De besluiten zijn in lijn met de adviezen die de staatssecretaris heeft gekregen van het Commissariaat voor de Media, de Raad voor Cultuur en de raad van bestuur van de Nederlandse Publieke Omroep (NPO).